Dinosaurussen zijn uitgestorven, het zijn prehistorische dieren. Dus als we praten over dinosaurussen dan praten we in de verleden tijd. Dinosaurussen leefden miljoenen jaren geleden en stierven uit voordat er mensen waren. Dinosaurussen lijken op dieren die nu nog wel bestaan, namelijk op de reptielen: slangen, hagedissen, krokodillen. Ze legden eieren met harde schaal zoals reptielen dat doen. Ze hadden een droge schubbenhuid, kijk naar de slangen en hagedissen die dit ook hebben. Ze liepen wel op een bijzondere en andere manier dan de reptielen van nu. Deze laatste schuifelen of kruipen omdat hun poten aan de zijkant van de romp zitten. Bij de dinosaurussen zaten de poten recht onder de romp, zodat ze rechtop konden staan en konden lopen zoals onze zoogdieren nu. Een goed voorbeeld van een oersterke dinosaurus die op zijn achterpoten kon staan is de Tyrannosaurus rex, bij velen bekend van een plaatje of een film. Er zijn wereldwijd van 600 verschillende soorten dinosaurussen fossielen gevonden.
Het skelet van de dinosaurus kun je verdelen in twee groepen: de Saurischia met de hagedisheupen en de Ornitischia met de vogelheupen. Als je plaatjes ziet van deze twee skeletten dan zie je met gemak de grote verschillen van vorm.
Het is niet voor te stellen als je praat over 225 miljoen jaren geleden. Dit is namelijk de tijd dat de dinosaurussen op aarde verschenen, ongeveer 64 miljoen jaren geleden stierven ze uit. Men neemt voorzichtig aan dat de dinosaurussen zijn ontstaan uit een groep reptielen, de thecodonten. Waarschijnlijk is de dinosaurus geëvolueerd uit de Euparkeria. De Euparkeria heeft een andere schedel en andere beenderen van heup en poten dan de reptielen. Uit de botstructuur maakt men op dat hij op vier lopen liep en bijna rechtop kon lopen door de goed ontwikkelde rechte achterpoten. In Afrika zijn fossielen gevonden en daaruit maakt men op dat de Euparkeria ongeveer 60 cm hoog was.
De dinosaurussen leefden alleen op het land en konden niet zwemmen en ook niet vliegen. Er waren in die tijd ook andere dieren die wel konden vliegen namelijk de Pterosaurussen. Dieren die konden zwemmen waren de Plesiosaurussen en de Ichthyosaurussen.
De vreemde soms wel moeilijk uit te spreken namen werden aan de dieren gegeven door de wetenschapper die het fossiel had ontdekt. De naam kan te maken hebben met de plaats waar het fossiel is gevonden, hoe het dier er uit moet hebben gezien of hoe het zich zal hebben gedragen. Bijvoorbeeld: de Triceratops betekent driehoornig en dat zie je aan de kop van het dier, waarop 2 lange hoorns en 1 korte staan, Sordes pilosus is een vliegend harig reptiel dat er woest uitzag, deze werd de harige duivel genoemd, de Stegosaurus had als het ware dakpannen op zijn rug en daarom werd deze overdekte hagedis genoemd, de Tyrannosaurus met zijn woeste blik heeft zijn naam daaraan te danken, de Oviraptor leefde waarschijnlijk van eieren die hij uit de nesten van andere stal, zijn naam betekent eierdief.
De dinosaurussen zijn te verdelen in twee groepen als het over voedsel gaat. Er zijn carnivoren, de vleeseters, die het vlees van andere dieren aten. En er zijn herbivoren. Deze dinosaurussen aten alleen maar planten. Het is moeilijk om te weten te komen wat ze aten, omdat er geen bewijs voor is. Door studie van het gebit wordt er nog een en ander achterhaald. De Stegosaurus at struiken, varens en grote planten. De Oviraptor stal de eieren van andere dinosaurussen. De Tyrannosaurus at soortgenoten, vooral de zieke en gewonde dieren die niet snel genoeg waren om te vluchten. De Baryonyx leefde van zijn visvangst, door zijn grote klauwen aan zijn voorpoten was het een goede visser. De Parasaurolophus at naalden, kegels en twijgen van naaldbomen. Hij was erg groot en kon van de hoogste bomen eten. Aan het gebit van een dinosaurus kon men zien of het een herbivoor of een carnivoor was. Het gebit liet nog meer zien aan de onderzoekers. Als een tand afbrak of was versleten groeide er een nieuw exemplaar.
Dat is een vraag die nog steeds onbeantwoord is gebleven. Men heeft veel weten te achterhalen over de dinosaurussen, maar waardoor ze zijn uitgestorven heeft nog niemand met zekerheid vast kunnen stellen. Men heeft er wel enkele theorieën over:
De reusachtige dieren met hun soms woeste verschijning, maar ook verterende reuzen spreken tot de verbeelding. Ze lenen zich prima voor een film denk daarbij aan Jurassic Parc een fantastische film van Steven Spielberg. Wie heeft hem niet gezien? Het is een spannende sciencefiction avonturenfilm, waarin een miljardair een park koopt waarin hij prehistorische dieren wil tonen aan het publiek, een publieksattractie. Met behulp van wetenschappers weet hij de dieren te klonen. Voordat het publiek het park mag bezoeken is er een veiligheidscontrole waarbij het totaal mis gaat……een heel spannende film met speciale effecten, dieren die volledig door de computer werden gestuurd, ongelooflijk knap gemaakt.
Ben je geïnteresseerd in de dinosaurussen of vind je het leuk om je kinderen ermee kennis te laten maken, bezoek een museum. Denk aan het Naturalis Museum in Leiden. Kijk online voor de openingstijden en wat het museum te bieden heeft (en dat is erg veel, leuk voor een vakantie uitstapje). Ook het Oermuseum De Groene Poort in Boxtel in Noord-Brabant is leuk voor jong en oud. Het is een natuurhistorisch geologisch museum met onder andere een oertuin met dinosaurussen. Je ziet en leert er veel over de dinosaurussen en andere prehistorische dieren.
