De betekenis van de naam Maat
De naam Maat is afgeleid van het werkwoord ‘ma’, dit betekent sturen of richting geven, ook heeft het de betekenis van aanbieden of offeren. De naam houdt in: dat wat recht is, waarmee rechtvaardigheid, harmonie en orde in de naam geïmpliceerd is. Maat wordt ook geschreven als Maät, of Ma’at.
Orde tegenover chaos
Maat had een tegenpool, tegenover haar harmonie en orde stond chaos, het kwaad, de god of godin Isfet. De Egyptische farao’s moesten met behulp van Maat, de wanorde en het kwaad bestrijden. Met de hulp en het inzicht van Maat werd recht gesproken. De zwakken in de samenleving werden beschermd tegen onrecht. De burger wist dat hij zich aan de wet moest houden, geen kwaad doen, zoals: niet stelen, geen kwaadspreken, een goede buur zijn en de natuur respecteren. Maat was bekend bij elke burger en hij wist dat hij na zijn dood rekenschap moest afleggen.
Maat bestond al voordat de goden verschenen
Maat bestaat vanaf het begin der tijden. Er bestaat geen twijfel dat ze als macht bekend was in 3000 voor Christus, vóór het oude Egyptische Koninkrijk. Maat gaat vooraf aan de goden. Ze is niet zozeer een godin, zoals Isis of Hathor, met haar eigen verhaal, maar ze is een principe. Elke godheid moet handelen volgens de principes van Maat. Elke burger moet handelen volgens de principes van Maat, er is geen enkele uitzondering, ook de natuur is onderhevig aan haar principe van harmonie en orde en schoonheid. Onder de leiding van Maat was er ooit een ideale samenleving, zoals in de Egyptische mythologie verteld wordt. Met het inachtnemen van de principes van Maat kan een samenleving de chaos te boven komen en de harmonie en het geluk kunnen zich herstellen.
Afbeeldingen, hieroglyphen en de grondslag van Maat
Maat kan men herkennen aan de veer op haar hoofd of in haar hand. Vaak heeft ze vleugels, die ze gespreid houdt, gelijkend op afbeeldingen van Isis. Het hieroglyph voor Maat is een veer, maar een ander zeer veel voorkomend en belangrijk hieroglyph voor haar is de sokkel, de basis waarop een godheid gegrondvest is, dit staat symbool voor waar Maat voor staat, de grondslag die voorafgaat aan elk handelen, feitelijk elke verschijningsvorm. De grondslag waarop de hele schepping gebouwd is. Zo is Maat op zeer veel afbeeldingen en hieroglyphen van de Egyptische goden min of meer verborgen terug te vinden als de basis waarop de goden afgebeeld zijn. Het meest elementaire hieroglyph zelf is uitgebeeld in de vorm van een trapezium.
De witte veer van Maat
Naast het trapezium wordt een witte veer als hieroglyph voor Maat gebruikt. De veer betekent lucht of adem en symboliseert haar naam. Je kunt haar herkennen als een jonge vrouw, de witte veer meestal op haar hoofd dragend. Soms is Maat gevleugeld, ze houdt haar vleugels gespreid, gelijkend op afbeeldingen van Isis. Op afbeeldingen van andere Egyptische goden is vaak in de buurt de witte veer, als hieroglyph voor Maat afgebeeld. Maat is altijd aanwezig, bij welke God dan ook, want ook zij moeten beantwoorden aan de wetten van integriteit, waarheid, harmonie en orde. Wetten die feitelijk wetten zijn van schoonheid.
De symboliek van de witte struisvogelveer
De witte veer is een struisvogelveer. Waarom een struisvogelveer? Om te beginnen zijn dit erg grote lange veren, passend voor een godheid. In vroeger tijden waren de struisvogels ruimschoots aanwezig in de Nijldelta, waar ze nu niet meer voorkomen. Kenmerkend voor struisvogelveren is dat ze de enige veren zijn die even breed zijn aan beide kanten van de nerf, wat staat voor balans en gelijkwaardigheid. Maar misschien nog meer van belang is het gegeven dat een donzige struisvogelveer bij elke beweging, elk zuchtje wind in beweging komt. Dit staat symbool voor de eindeloze subtiliteit waarmee Maat waarneemt. Iedere beweging, iedere eventuele afwijking van de harmonie wordt gesignaleerd en meteen ontstaat in de chaos een beweging die uiteindelijk de orde weer herstelt.
De 42 wetten van Maat
In de papyrus van Ani, een goed bewaard exemplaar van het Egyptische dodenboek, daterend uit 1250 voor Christus, worden 42 wetten beschreven. Na de dood wordt aan de gestorvene gevraagd in hoeverre hij hieraan voldaan heeft. Het zijn 42 tests die het leven aan ieder stelt. Het zijn 42 sturingen van hoe het leven geleefd moet worden om zelf gelukkig of minstens in vrede te zijn en om een harmonische samenleving te scheppen met de omringende familieleden, buren, vrienden en andere mensen. Eenvoudige raadgevingen zoals de waarheid spreken, niet bedriegen of misleiden, je niet laten gaan in woede zodat je handelen schadelijk wordt zowel voor jezelf als voor anderen. Herkenbare testen die in het leven voorkomen en waar iedereen aan onderworpen wordt.
42 Rechters en 42 wetten
De eerste test waar de overledene na zijn dood aan werd onderworpen als hij de zaal van Maat betrad, was het bij de juiste naam aanspreken van de 42 rechters. Dit staat symbool voor het herkennen van de ziel van de zielskwaliteiten die hij hopelijk ontwikkeld had tijdens zijn leven. De kwaliteit die hij niet herkende, betekende dat hij onbewust was gebleven van sommige karakterfouten. Hij kon dan niet herkennen waar deze bepaalde rechter van de 42 voor stond en kon zijn naam niet noemen.
De 42 wetten
1 Ik heb niet gezondigd
2 Ik heb niemand met geweld beroofd
3 Ik heb niet gestolen
4 Ik heb geen mannen of vrouwen gedood
5 Ik heb geen voedsel gestolen
6 Ik heb geen offergaven gestolen
7 Ik heb niet van de bezittingen van goden of godinnen gestolen
8 Ik heb niet gelogen
9 Ik heb geen voedsel meegenomen
10 Ik heb niet gevloekt
11 Ik heb geen overspel gepleegd
12 Ik heb niemand aan het huilen gebracht
13 Ik heb het hart niet gegeten. Betekent: Ik heb niet gezwolgen in allerlei negatieve gevoelens
14 Ik heb niemand aangevallen
15 Ik ben geen bedrieger of misleider
16 Ik heb geen (bouw)land gestolen
17 Ik heb niet stiekem afgeluisterd
18 Ik heb niemand ten onrechte belasterd
19 Ik ben niet redeloos boos geweest
20 Ik heb niemands vrouw bezoedeld
21 Ik heb niemands vrouw beledigd
22 Ik heb mijzelf niet verontreinigd
23 Ik heb niemand geterroriseerd
24 Ik ben niet ongehoorzaam geweest aan de wet
25 Ik ben niet koppig vertoornd geweest
26 Ik heb mijn oren niet gesloten voor de waarheid
27 Ik ben niet respectloos geweest voor dat wat heilig is
28 Ik ben niet gewelddadig
29 Ik heb niet aangezet tot strijd of de vrede verstoord
30 Ik heb niet voortijdig gehandeld of geoordeeld
31 Ik heb niet zitten wroeten in wat mij niet aangaat
32 Ik heb niet overdreven in mijn uitspraken
33 Ik heb niemand kwaad of onrecht toegebracht
34 Ik heb de koning niet belasterd
35 Ik heb het water niet verontreinigd
36 Ik heb nooit te hard, boos en arrogant gesproken
37 Ik heb nooit gevloekt tegen God of onrespectvol gesproken over Hem, of mezelf verheven
38 Ik heb niet gehandeld in kwaadwillige razernij
39 Ik heb niet gestolen wat tot het Goddelijke behoort, noch de Goden van mijn stad veracht
40 Ik heb niet van de doden gestolen of zonder respect genomen of vernield
41 Ik heb geen voedsel van een kind weggenomen
42 Ik heb geen eigendom van de goden vernield
Het wegen van de ziel
De veer van Maat wordt gebruikt bij het wegen van de ziel na de dood. Is de ziel zwaar? Zwaar van zonden? De veer ligt aan de ene kant van de weegschaal om tegenwicht te bieden. Vreemd genoeg is er niet één afbeelding bekend waarop de door Maat gehanteerde weegschaal doorslaat naar een kant. Blijkbaar komt het uiteindelijk toch altijd goed, is het principe van evenwicht onder alle omstandigheden sterker dan wat ook. Zelfs in chaos zijn de principes van Maat werkzaam. Het kwaad is altijd onderdeel van en resulteert altijd in harmonie, dit is een oerbeginsel.
Bewustzijn en de eeuwige vrede en harmonie van Maat
In de traditie van de Godin, of het principe Maat is het essentieel dat er een helder inzicht is in het bewustzijn van elk individu van zijn eigen functioneren. Is dat inzicht er niet dan is disharmonie het resultaat. Er is verblinding in het handelen en chaos ontstaat. Dat draagt niet bij aan het geluk van het individu en de sociale samenleving waarin hij leeft. Als er de bereidheid is om helder te zien en te benoemen waar men van het rechte pad van rechtvaardigheid en integriteit afdwaalt, dan is dat feitelijk al herstel van de harmonie. Schuld komt niet voor in de ultieme harmonie, orde en schoonheid. Elke ziel en elke groepsziel kan altijd terugkeren tot het licht. Dit is waar het wezen van Maat voor staat, al sinds vóórhistorische tijden.