Veel mensen denken dat snoeien alleen in het voorjaar of tijdens de winter nodig is. Toch is de nazomer een uitstekend moment voor een aantal belangrijke snoeiklussen. Je planten zijn in de zomer flink gegroeid en sommige bloeiers zijn inmiddels uitgebloeid. Door nu te snoeien:
Houd je je tuin overzichtelijk en verzorgd.
Geef je planten de kans om energie te sparen voor de winter.
Voorkom je dat struiken en heesters te groot worden.
Stimuleer je in sommige gevallen een tweede bloei.
Het doel van snoeien in deze periode is niet het rigoureus terugzetten van planten, maar juist het licht bijwerken en opfrissen. Denk aan het verwijderen van dode bloemen, dorre bladeren, verdorde stengels en het licht in model brengen van hagen.
Niet elke plant is geschikt voor een snoeibeurt in deze periode. Sommige soorten hebben rust nodig, andere verdragen snoei juist prima. Hieronder een overzicht van wat je in de nazomer gerust kunt snoeien:
Planten zoals salvia, ridderspoor, vrouwenmantel of geraniums kun je in augustus of september prima wat terugknippen. Knip uitgebloeide stengels af tot net boven een jonge uitloper. Dit zorgt ervoor dat ze hun energie richten op het versterken van de basis, of in sommige gevallen nog een extra bloei produceren.
Lavendel snoei je twee keer per jaar. Na de bloei in juli of augustus kun je hem licht terugsnoeien om de vorm te behouden. Snoei alleen de toppen, niet tot in het oude hout, want dan loopt lavendel vaak niet meer uit. Ook andere halfheesters, zoals rozemarijn of tijm, profiteren van een lichte vormsnoei.
De laatste vormsnoei van hagen kun je het beste eind augustus of begin september doen. Daarna is de kans op nieuwe groei klein en gaat je haag in rust. Door nu te snoeien:
Ziet je haag er de hele herfst en winter strak uit.
Voorkom je dat er in de winter beschadigde of uitgedroogde takken ontstaan.
Zorg je ervoor dat vogels in de winter schuilplekken vinden in een dichte haag.
Heesters zoals de vlinderstruik (Buddleja) of boerenhortensia kun je na de bloei licht bijwerken. Knip de uitgebloeide bloemtrossen weg en verwijder beschadigde of dode takken. Zo blijft de struik mooi in vorm en voorkom je uitputting.
Clematis (zomerbloeiers), kamperfoelie en klimrozen kun je na de bloei licht snoeien. Bij leiplanten zoals leifruit of druiven is het belangrijk om wildgroei weg te nemen, zodat er voldoende lucht en licht bij de vruchten komt.
Er zijn ook planten die je beter met rust laat tot het voorjaar:
Voorjaarsbloeiende heesters zoals sering, sneeuwbal of rododendron. Snoei je deze nu, dan verwijder je de knoppen voor volgend jaar.
Vorstgevoelige planten zoals fuchsia, oleander of salvia’s die niet winterhard zijn. Deze zijn kwetsbaar na snoei en lopen risico in de kou.
Rozen: tenzij het om uitgebloeide bloemen gaat, laat je rozen het liefst tot het voorjaar met rust.
Een goede voorbereiding voorkomt schade en maakt het werk een stuk prettiger. Houd rekening met het volgende:
Gebruik schoon en scherp gereedschap. Een snoeischaar of takkenschaar die bot is, maakt rafelige snijwonden die slecht herstellen.
Snoei op een droge dag. Nat weer verhoogt de kans op schimmels.
Kijk naar de plantstructuur. Knip net boven een knop of zijscheut, zodat de plant goed kan herstellen.
Voer het snoeiafval af of gebruik het voor compost. Takken met ziektes gooi je in de GFT-bak, niet op de composthoop.
Let op jonge uitlopers. Die mogen blijven zitten: ze vormen de basis voor volgend jaar.
Naast snoeien kun je in de nazomer ook nog andere dingen doen om je tuin winterklaar te maken:
Verwijder onkruid nu het nog makkelijk te zien en verwijderen is.
Verdeel vaste planten die te groot zijn geworden. Zo houd je je borders in balans.
Breng mulch aan zoals compost of boomschors om de bodem te beschermen tegen kou.
Plant voorjaarsbollen zoals tulpen, narcissen en krokussen voor kleur in het vroege voorjaar.
Controleer je gereedschap. Maak het schoon, droog het goed af en berg het op.
Om je op weg te helpen, een paar valkuilen die je beter vermijdt:
Te rigoureus snoeien. In de nazomer is lichte vormsnoei de norm, niet drastisch terugsnoeien.
Snoeien bij regen of vochtige bladeren. Dit vergroot de kans op infecties.
Verwarring tussen zomer- en voorjaarsbloeiers. Controleer altijd eerst wanneer een plant bloeit voor je hem snoeit.
Te laat snoeien. Snoei bij voorkeur voor eind september, zodat wonden nog kunnen herstellen voor de eerste vorst.
De nazomer biedt je de kans om je tuin netjes achter te laten voordat de koude maanden beginnen. Door uitgebloeide planten en struiken op de juiste manier terug te snoeien, zorg je ervoor dat je tuin gezond en sterk de winter in gaat. Bovendien maak je ruimte vrij voor nieuwe groei in het voorjaar. Vergeet niet dat goed gereedschap en een beetje planning het halve werk zijn. Je zult merken dat je tuin je dankbaar is – en dat zie je volgend seizoen gegarandeerd terug.
