Reuzenpanda ook wel bekend als gewoon panda is een zoogdier die bij de beren hoort. Je kent de reuzenpanda waarschijnlijk omdat het een bedreigde diersoort is. WWF gebruikt een panda ook als logo omdat het een bedreigde diersoort is. De bolle vorm en de zacht uitziende huid van de panda, worden ze meestal gezien als aaibaar en schattig. Als de panda aan het eten is zit die op zijn achterwerk, dit lijkt best veel als dat van mensen. Ook al ziet een panda er misschien heel lief en aaibaar uit, toch zal hij zichzelf fel verdedigen als er dreiging is. Je kan de panda voornamelijk vinden in delen van Azië. Zelf leeft die in berggebieden die zich bevinden boven zeeniveau. Eerst bevonden ze zich het meest in de lagere gebieden, maar door het weghalen van hun leefgebieden voor landbouw, is het ongeschikt geworden om in te blijven leven. Planten eet de panda vooral ook al is het een roofdier. Het favoriete eten is dan ook bamboe. Het komt ook wel eens voor dat kleinere dieren gegeten.
De reuzenpanda zijn kop is rond gevormd, heeft een kort lichaam en zijn staart is daarentegen ook erg kort. Een reuzenpanda kan tot ongeveer 115 kg wegen. De vrouwen zijn over het algemeen kleiner dan de man, dit kan verschillen van 10 tot 20%. Als je aan een panda denkt dan denk je gelijk aan zijn zwart/witte uitstraling. Het meeste van zijn lichaam is wit, behalve zijn ogen, oren, schouders en ledematen zijn zwart gekleurd. Er zijn plekken bij de panda dat de zwarte kleuren ook kastanje bruin getint kan zijn. Doordat er rond de ogen een donkere plek zit, lijkt het er ook wel op dat de ogen erg groot zijn, waardoor ze jong lijken. De reuzenpanda heeft een extra vinger die ook wel de duim van de panda wordt genoemd. De structuur hiervan hebben ze ook wel de naam radiale semambeen gegeven. Het is ingepakt door dikke, haarloze huidkussens die op de poot zijn te vinden. De vinger is daarom dikker en breder gevormd dan vergeleken met de andere vingers. Officieel is het geen echte vinger dit is daarom ook de reden dat het geen nagel heeft. Bij de schedel zijn er verschillende aanpassingen. De reuzenpanda heeft namelijk een grote schedelkam, die werkt samen met de kauwspieren waardoor de kaken erg krachtig zijn.
Over het algemeen zie je een panda niet veel bewegen. En wanneer ze dan uiteindelijk bepalen om te gaan bewegen, is het om eten te zoeken. Over een gehele dag besteed een panda minstens 10 tot 12 uur aan eten. Het belangrijkste wat de panda eet is bamboe. Eigenlijk heeft bamboe een slechte voedingswaarde, alleen het makkelijke is dat het altijd beschikbaar is. Ze verteren namelijk maar 17% van de daadwerkelijke voedingstoffen van de bamboe. De panda’s hebben balans weten te vinden tussen iets waar veel van is en gemakkelijk te krijgen valt, ook heeft het daarbij een lage nutriële waarde. Per dag eet een panda maar liefst 10 tot 20 kg bamboe, dit komt doordat er in bamboe weinig voedingstoffen zitten die ze daadwerkelijk uiteindelijk nodig zullen hebben. Hun wisselen voornamelijk het rusten af samen met het zoeken voor meer eten. Als een reuzenpanda aan het eten is zitten ze rechtop, hierdoor kunnen ze met hun voorpoten de bamboe vastpakken. De extra vinger die ze hebben komt handig van pas bij het heten, die extra vinger helpt namelijk bij het scheuren van de bamboe. De bamboe is ook makkelijker vast te houden met een extra vinger. Doordat de maagwand erg gespierd is gaat het verteren van het bamboe veel makkelijker. De houtachtige voeding brengt ook splinters met zich mee, de darmwand heeft daarom een dikke laag met slijm dat zich daartegen beschermt. Er zijn zo ongeveer 60 bamboe soorten die de panda eet, hieruit zijn er 35 die hoofdvoedsel zijn voor de panda.
De meeste beren houden een winterslaap, de reuzenpanda valt daar niet onder. Doordat de reuzenpanda bamboe eet en daarmee geen vetreserve opbouwt, zijn ze verplicht om in de winter ook te eten. Een reuzenpanda heeft geen vaste hol waar ze in wonen, ze zijn meestal te vinden in verschillende grotten of bomen. Op de grond zijn ze het meest te vinden, ook kunnen ze erg goed klimmen en kunnen ze zelfs zwemmen. Tijdens het paarseizoen is eigenlijk het enigste moment dat de panda niet op zijn eigen leeft. De moeder speelt op het begin veel met haar jongen, dit is vaak om hun te kalmeren. Zelfs in de jongen hun slaap kan de moeder ze wakker maken om even te gaan spelen.
De bedreigingen van de panda komen voornamelijk door het verlies van leefgebied, stropers en het moeilijk hebben met het voorplanten in gevangenschap. Door het toerisme die op de leefgebieden afkomt van de reuzenpanda’s, betekent het dat er ook meer hotels moeten komen, dit zorgt ervoor dat er nog minder ruimte komt voor de panda’s. De bamboebossen die zich bevinden in China zijn alleen nog maar goed voor 1000 panda’s in het wild. Er zijn ook nog 13 pandareservaten samen hebben ze een oppervlakte van 6227 km2, samen is dit de andere helft van het leefgebied. Dit leefgebied is verdeeld in 20 delen, overigens hebben de panda’s problemen om van het ene gebied naar het andere te verplaatsen. De laatste jaren merken we wel verbetering bij de panda’s, toch zijn de reuzenpanda’s die leven in dierentuinen maar net genoeg om nieuwe panda’s te krijgen, en hiermee de populatie in goede staat te houden. Om de panda’s meer te beschermen in het wild, zijn er verschillende anti-stroperij regels ingegaan in China. Er zijn zelfs mensen ter dood veroordeeld die zich toch niet aan deze regels hielden. De commerciële houtkap stopte China ook. Er werden voorlichtingscampagnes gehouden in verschillende dorpen. Hier werd er onderwijs gegeven over bescherming van de reuzenpanda, ook werd er gevraagd aan de boeren om bamboe te gaan oogsten. Er is hoop in het voortplanten van de reuzenpanda’s in gevangenschap. In het wild zijn daarentegen de aantallen nog veelte laag. Ook al geven Chinese studies aan dat het aantal stabiel is gebleven, blijft het nog lang niet voldoende om ze uiteindelijk daadwerkelijk te redden.
