Kies je in regel verlichting uit, dan wordt er gekeken naar het soort verlichting en het design. Voor huis- en kantoorverlichting is dit ook voldoende. Maar er zijn omgevingen waar ook gelet moet worden op de veiligheid. Dit is bijvoorbeeld het geval in industriële omgevingen waar gewerkt wordt met gassen en explosiegevaarlijke stoffen. In dit soort omgevingen mag geen enkel risico genomen worden. Dit houdt in dat gebruikte gereedschappen, machines en de aankleding van de werkruimtes explosieveilig moeten zijn. Dit geldt dus ook voor de verlichting. Het gebruik van ‘normale’ verlichting in dit soort omgevingen kan gevaarlijk zijn en is dus ook onderhevig aan strenge regels.
Waarom kan verlichting een risico vormen in omgevingen waar gewerkt wordt met gas en explosieve stoffen? Het risico zit hem in de aansluiting met elektriciteit. Dit is nodig, anders brandt verlichting niet. Maar met elektriciteit is er altijd een risico op kortsluiting. Bij kortsluiting kan er een vonk ontstaan. Het spreekt voor zich dat een vonk in een ruimte waar met gas of explosieve stoffen wordt gewerkt, fataal kan aflopen. Vandaar dat verlichting, net als de overige aankleding van explosiegevaarlijke bedrijfsruimtes moeten voldoen aan de ATEX richtlijnen. Er is voor deze ruimtes dan ook speciale ATEX verlichting verkrijgbaar.
ATEX staat voor de Franse benaming van ATmosphère EXplosible en zijn richtlijnen die zijn opgesteld door de Europese Unie. Het zijn Europese richtlijnen die speciaal bedoeld zijn voor bedrijven en werknemers die te maken het met explosiegevaarlijke omgevingen. De ATEX richtlijnen dienen door de lidstaten in hun wetgeving opgenomen te worden. In Nederland zijn de ATEX richtlijnen opgenomen in de ARBO-wet en in de Warenwet. Er zijn twee soorten ATEX richtlijnen, ATEX 114 en ATEX 153. ATEX 114 geeft de normen aan waar producten en apparatuur die gebruikt worden in explosiegevaarlijke omgevingen aan moeten voldoen. ATEX verlichting valt dus onder de ATEX 114 richtlijn. ATEX 153 beschrijft alle veiligheidseisen waaraan werkgevers moeten voldoen om medewerkers zo veilig mogelijk te laten werken. Hieronder valt onder andere de indeling in ATEX zones.
Producten en ook explosieveilige armaturen die onder de ATEX richtlijnen vallen, moeten voorzien zijn van een certificering. Zo kan iedereen gemakkelijk herkennen dat men met ATEX armaturen van doen heeft. De certificering bestaat uit een markering met een Ex-symbool. Deze markering geldt zowel voor elektrische als niet elektrische producten. Gebieden die als explosiegevaarlijk aangemerkt kunnen worden, moeten worden gemarkeerd met een gevarendriehoek met hierin de letters ‘EX’.
Voor alle ATEX verlichting geldt dat er vermeld moet zijn in welke ATEX zone(s) de verlichting toe te passen is. Een risico op explosie hoeft namelijk niet in elke werkruimte even groot te zijn. Er zijn ook omgevingen waar minder risico is, maar waar desondanks wel ATEX verlichting nodig is. Kijk bij het kiezen van een ATEX armatuur altijd naar de zones waar deze voor geschikt is. In een ruimte met een zeer hoog explosierisico kun je geen lamp ophangen die geschikt is voor minder risicovolle zones. In de ATEX richtlijnen worden twee soorten explosiegevaarlijke omgevingen beschreven. Dit zijn omgevingen waar gewerkt wordt met explosieve gassen en omgevingen waar wordt gewerkt met explosieve en brandbare stoffen. De ATEX zones worden als volgt ingedeeld:
Een ATEX lamp moet aan strenge eisen voldoen en er ook daadwerkelijk voor zorgen dat bij een eventuele kortsluiting geen vonken kunnen ontsnappen. Bij de verlichting wordt vaak gebruik gemaakt van fluorescentielampen of LED lampen. Deze lichtbronnen geven een heldere en egale werkverlichting en zijn erg veilig in gebruik zonder snel stuk te gaan. Tevens zijn deze lampen bestand tegen schokken en hebben ze een lange levensduur. Wel kan een LED lamp wat gevoeliger zijn voor warmte. Een vereiste bij ATEX LED verlichting is dan ook, dat de lamp voldoende gekoeld wordt. Een explosievrij armatuur houdt in dat de behuizing vaak geaard is. Dit om statische elektriciteit te verhinderen. Veel armaturen zijn daarom van aluminium. Niet geleidende behuizingen, zoals een kunststof behuizing zijn geleidend gemaakt. Een lamp of lampenkap is ook voorzien van een antistatische coating. Wanneer deze coating beschadigd is, zal er een nieuwe lampenkap of lamp geplaatst moeten worden. Tevens zijn alle ATEX lampen extreem vochtbestendig, zodat vocht nooit een aanleiding zal vormen om kortsluiting te veroorzaken. Al deze veiligheidseisen gelden voor zowel vaste als draagbare ATEX lampen.
Elke ruimte of toepassing heeft zijn eigen soort verlichting nodig. Daarom zijn er ook diverse soorten ATEX lampen te kopen. Voor magazijnen, loodsen en werkplaatsen is buisverlichting het meest geschikt. Deze ATEX lampen geven vaak een diffuus licht af en kunnen ook vanaf grote hoogte voldoende verlichting geven. Ze zijn verkrijgbaar in diverse afmetingen. De meest populaire lengtes zijn ongeveer 1,2 m en 0,6 m lang. Let uiteraard wel op voor welke ATEX zones de betreffende lamp geschikt is. Ruimtes waar sterke verlichting nodig is kunnen veel baat hebben bij een bouwlamp. Er zijn diverse uitvoeringen van ATEX bouwlampen, die allen voorzien zijn van LED verlichting. Dit zorgt ervoor dat de bouwlamp niet warm zal worden en beter te hanteren is dan conventionele bouwlampen. Daarnaast zijn er nog de draagbare ATEX lampen, zoals zaklampen, looplampen, helmlampen of ATEX lampen op statief. Dit stelt medewerkers in staat om de omgeving goed te verlichten met een veilige lamp die tevens schokbestendig is.