Tevreden gasten: daar draait het allemaal om in de horeca. En dat betekent dat je vanaf de eerste dag de lat hoog moet leggen voor jezelf. Laat de gasten niet merken wat je werkelijk denkt of voelt als je aan het bedienen bent. Blijf altijd vriendelijk, beleefd en attent. Verlies je geduld niet. Reageer rustig en beheerst, ook als je je enorm ergert aan een bepaalde bezoeker.
Zorg ervoor dat je snel en efficiënt kunt werken in de horeca. Je hebt natuurlijk niet alles in de hand, maar voor een groot deel kun je de werkwijze wel sturen. Als je accuraat en snel bedient, bijvoorbeeld op een terras of in een restaurant, volgen er al snel nieuwe bestellingen. Dat zorgt voor extra omzet, iets waar je baas heel blij van wordt. En in veel gevallen levert het jou ook een goede fooi op.
Als je buiten op het terras werkt, is het belangrijk dat de boel er fris en netjes uitziet. Dus schone tafeltjes, stoelen aangeschoven, kaart op de tafel en geen vieze servetjes of peuken op de grond. Zo zorg je voor een opgeruimde, frisse uitstraling. Dat geldt niet alleen voor je werkomgeving, dus het terras, de snackbar of het restaurant waar je bedient, maar ook voor jou als persoon. Zorg voor een gastvrije, hartelijke sfeer.
Bestudeer de menukaart goed voordat je aan je baan in de horeca begint. Dat lijkt misschien een overbodige tip, maar vergis je niet. Als je weet wat er op de kaart staat, kun je sneller reageren op vragen, beter adviseren en dus efficiënter werken. Door op de hoogte te zijn van de kaart, toon je vakkundigheid. Gasten waarderen dat niet alleen, in het hogere segment wordt het ook van je verwacht. Het maakt allemaal onderdeel uit van werken in de horeca.
Als je voor een baan in de horeca hebt gekozen, is het iedere dag rennen en vliegen. Vooral in het begin. En zeker dan is het een behoorlijke opgave om ook op de details te blijven letten. Dus pak wijnglazen niet met je vingers bij de rand vast, maar netjes bij de steel. En draai een koffie- of theekopje met het oortje naar de gast toe als de bestelling op tafel zet. Verlies de details niet uit het oog, hoe druk het ook is.
In de horeca ben je dienstverlenend bezig. Het is belangrijk om de gasten het gevoel te geven dat ze welkom zijn. Dat ze gezien worden. Letterlijk. Begroet daarom altijd de nieuwe gasten die bij je binnenstappen. Maak oogcontact of geef een vriendelijk knikje en glimlach even. Dan weten de mensen dat je ze hebt opgemerkt en dat je zo langs komt om hun bestelling op te nemen.
Als je mensen bedient, ga dan niet over de klanten heen hangen. Dat vinden de meeste gasten heel onprettig en daarbij oogt het ook zeer onprofessioneel. Loop gewoon om en als het echt niet anders kan, biedt dan bij voorbaat al excuses aan.
Houd je oren en ogen goed open. Blijf constant alert. Ook als het even rustig is, niet inzakken. Werken in de horeca is topsport. Zeker in het begin is het zowel lichamelijk als geestelijk heel vermoeiend. Maar dat went. Als het goed is, worden klantvriendelijkheid en gastvrijheid je tweede natuur. Dan kun je veel meer op de automatische piloot gaan werken. En ook echt genieten van de contacten en gesprekjes met tevreden klanten. Dus geef niet te snel op, maar houd vol. Ook als het een keer niet zo lekker loopt.
Natuurlijk kan het zo zijn dat je in het begin een paar keer een stomme actie uithaalt. Doordat je drukte bijvoorbeeld even niet aankan, moe wordt, teveel zaken tegelijk moet regelen. Het hoort er allemaal bij. Werken in de horeca vraagt veel van je, maar zorg er gewoon voor dat je die fouten niet nog een keer maakt. Dan komt alles goed.
En tot slot, tip 10: gasten die een leuke avond bij je hebben gehad en lekker hebben gegeten of gedronken, willen op een gegeven moment weer verder. Als ze dan heel lang moeten wachten op de rekening, wordt dat ervaren als een afknapper. Dus laat je gasten niet wachten. Als ze hebben aangegeven te willen betalen, handel dat dan snel af. Ook als er een groot gezelschap wil vertrekken en iedereen erop staat apart te betalen bij jou. Laat je irritatie niet blijken en blijf vriendelijk en behulpzaam.
