Het literatuuronderzoek maakt van iedere scriptie deel uit, ook van praktijkgericht onderzoek. Er zijn bovendien ook scripties die volledig op basis van literatuuronderzoek worden vormgegeven. Dit is bijvoorbeeld het geval bij veel juridische scripties. In veel van deze juridische scripties wordt voor een scriptie dus alleen de onderzoeksmethode 'literatuuronderzoek' gebruikt, waarbij naast gewone literatuur ook jurisprudentie onderzocht wordt. Ook voor het schrijven van de inleiding, waarin de huidige stand binnen de wetenschap besproken wordt, is enig literatuuronderzoek nodig. In veruit de meeste scripties vormt het literatuuronderzoek echter de basis voor de rest van het onderzoek, waarbij in de rest van het onderzoek ook praktische onderzoeksmethoden worden gebruikt. In dat geval vormt het literatuuronderzoek de basis voor het theoretisch kader van de scriptie. Daarom worden de termen 'theoretisch kader' en 'literatuuronderzoek' soms door elkaar gebruikt.
Het doen van gedegen literatuuronderzoek voor een scriptie, verloopt idealiter middels een viertal uit te voeren stappen. Dit zijn de stappen: oriënteren, bronnen verzamelen, bronnen keuren en bronnen implementeren. Iedere fase heeft zo zijn eigen specifieke aandachtspunten. Bij iedere stap is het echter in ieder geval belangrijk om steeds stil te blijven staan bij het onderzoeksonderwerp en de centrale vraag. Het literatuuronderzoek wordt immers uitgevoerd om uiteindelijk deze centrale vraag, ook wel onderzoeksvraag of hoofdvraag genoemd, te kunnen beantwoorden.
Literatuuronderzoek bestaat uit het verzamelen, ordenen, keuren en implementeren van relevante bronnen, waarmee belangrijke informatie verkregen kan worden voor het beantwoorden van de centrale vraag van het onderzoek. Voordat die bronnen verzamelt kunnen gaan worden, is het echter belangrijk om volledig helder te hebben naar welke informatie je op zoek bent. Om hierachter te komen kijken je naar de hoofd- en deelvragen van het onderzoek en naar de relevante begrippen die hierin voorkomen. Alle informatie uit het literatuuronderzoek ofwel theoretisch kader, moet immers verduidelijking aanbrengen in deze begrippen en/of bijdragen aan het beantwoorden van een deelvraag. Bij stap 1 van het literatuuronderzoek ga je dus eerst vaststellen naar welke informatie je op zoek bent: wat zijn de relevante onderwerpen? Vervolgens ga je al deze relevante onderwerpen koppelen aan relevante zoekwoorden.
Ga hierbij zo gestructureerd mogelijk te werk. Bedenk onderwerp voor onderwerp via welke zoekwoorden je aan relevante informatie kunt komen. Meestal is het nodig hiervoor enig vooronderzoek te verrichten. Welke bronnen, begrippen en zoekwoorden kun je terugvinden in andere artikelen en scripties die gaan over jouw onderzoeksonderwerp? Welke synoniemen kun je vinden voor de reeds opgeschreven zoekwoorden? Vergeet overigens ook niet te onderzoeken of je alleen met Nederlandse of juist ook met Engelse zoekwoorden aan de slag moet gaan om genoeg relevante bronnen te kunnen vinden.
De onderwerpen zijn duidelijk en je hebt alle topics aan relevante zoekwoorden gekoppeld. Vervolgens is het tijd om daadwerkelijk informatie te gaan verzamelen. Natuurlijk kun je hiervoor naar de centrale- of universiteitsbibliotheek gaan. In de meeste gevallen begint de zoektocht echter online. Er zijn verschillende belangrijke zoekkanalen die je kan aanspreken om goede bronnen te vinden. Denk daarbij onder andere aan:
Na stap twee beschik je over diverse bronnen die relevant zijn voor het onderzoeksonderwerp van de scriptie. Nu is het zaak om te selecteren welke bronnen je ook daadwerkelijk kunt gaan gebruiken. Hiervoor moeten de bronnen gekeurd worden. Om te bepalen welke bronnen bruikbaar zijn let je op de relevantie en betrouwbaarheid van de bron.
Een betrouwbare bron is in ieder geval actueel. Let dus bij het selecteren van de bronnen op de publicatiedatum. Is de bron inmiddels verouderd of is de informatie nog steeds actueel? Daarnaast ga je proberen om de deskundigheid en objectiviteit van de bron in te schatten. Is de auteur wetenschappelijk onderlegd of zijn er andere redenen om aan te nemen dat de verstrekte informatie klopt? Kijk daarnaast ook naar de uitgever en naar het platform waarop de bron gepubliceerd is.
Beoordeel vervolgens in hoeverre de bronnen daadwerkelijk relevant zijn. Wellicht lijkt een bron in eerste instantie goed aan te sluiten bij het onderzoeksonderwerp: wanneer je meer gaat lezen kan het zijn dat de aansluiting toch mist. Kijk dus kritisch welke bronnen daadwerkelijk iets kunnen toevoegen aan het onderzoek. Met andere woorden: met welke bronnen kan ik tot beantwoording van de onderzoeksvraag komen?
De laatste stap van het literatuuronderzoek bestaat uit het implementeren ofwel verwerken van de verzamelde en gekeurde bronnen. Wanneer het literatuuronderzoek is uitgevoerd om het theoretisch kader te kunnen schrijven, is het erg belangrijk dat je kiest voor een duidelijke opbouw. Werk daarbij altijd van algemeen naar specifiek. Hanteer een objectieve, heldere schrijfstijl en gebruik overgangszinnen. Hierdoor wordt het theoretisch kader een vloeiend geheel. Let er bij literatuuronderzoek ook altijd goed op dat je geen plagiaat pleegt. Dit doe je door consequent te verwijzen, waarbij je de regels van de American Pscychological Association (APA) of de Leidraad voor juridische auteurs in acht houdt.