In principe is SEO universeel, dezelfde principes en concepten die van toepassingen zijn voor Google.nl, zullen ook van strekking zijn voor Google.be, Google.de, enzovoort. Er zijn wel een aantal zaken om rekening mee te houden om optimale vindbaarheid ook in het buitenland te bereiken.
Een belangrijke fundamentele keuze die men dient te maken is hoe de verschillende talen en markten te targeten. Er zijn globaal 3 keuzes te onderscheiden, met ieder haar voor en nadelen.
Dit houdt in dat je binnen je bestaande domein, aparte folders aanmaakt per regio/taal. Neem een fictief voorbeeld PietsFruitWinkel.com. Met deze winkel ambiëren we expansie naar Duitsland en het Verenigd Koninkrijk. In dat geval zouden we subfolders aanmaken respectievelijk PietsFruitWinkel.com/de/ en PietsFruitWinkel.com/en/. Het voornaamste voordeel van deze strategie is dat men mee kan liften op de bestaande autoriteit van het domein PietsFruitWinkel.com tot dusver vergaard in Nederland. Daarbij is het niet noodzakelijk om aparte domeinnamen aan te schaffen voor de Duitse en Britse markt, wat kosten en energie bespaart. Nadelig is dat domeinnaam extensies op maat voor de specifieke markt altijd een streepje voor hebben in de ogen van Google. Bijvoorbeeld in Google.co.uk, zal Google altijd een voorkeur hebben voor websites die draaien op een co.uk extensie. Een .com website of .nl website zal ceteris paribus (alle overige condities zoals linkprofiel autoriteit en kwaliteit inhoud website vergelijk veronderstellend), zal vrijwel altijd minder goed presteren dan .co.uk websites in Google.co.uk.
Dit houdt in dat men subdomeinen aanmaakt, zoals bijv. de.PietsFruitWinkel.com en fr.PietsFruitWinkel.com. Wat dit anders maakt dan een subfolder strategie, is dat voor Google, subdomeinen aparte websites zijn in principe. In dit geval kan men dus vrijwel niet meeliften op de algehele autoriteit van de ‘moeder website’. In sommige gevallen kan dit echter juist een voordeel zijn. Bijvoorbeeld, wanneer de Franse tak van het bedrijf wellicht wat te roekeloos is geweest met het aantrekken van links van derde websites, zal dit nimmer een nadelige impact kunnen hebben op de Nederlandse moeder website of de Britse subdomein.
De oplossing die meeste werk, tijd en geld kost, maar die wel door Google als sterkste relevantie signaal gezien wordt is het vastleggen en beginnen van een website op een domeinnaam extensie voor het land in kwestie. De afkorting voor een domeinnaam gericht op één land is ccTLD wat staat voor country code top-level domain. In principe heeft iedere aparte website een eigen marketing campagne nodig, omdat voor Google dit dus geheel aparte websites zijn. Je begint dus in principe vanaf nul qua linkprofiel autoriteit.
Goed, je hebt de opzet gekozen die beste past bij jouw onderneming en budget. Een goed begin is het halve werk, maar dat betekent geenszins internationaal SEO succes. Globaal zijn er drie onderdelen waar men aan moet denken om de nieuwe websites of website secties te doen laten slagen. Denk aan de implementatie van een ‘vlaggetjessysteem’, wat je bij veel internationale websites ziet bijvoorbeeld zijn vlaggetjes rechtsboven waar men op kan klikken om bij de sectie van de website te komen die bij een bepaalde taal of markt hoort. Een nadeel hiervan is overigens, dat de website kan aanvoelen voor een bepaalde lokale markt als ‘voor erbij’. Dat deze website snel even in het leven geroepen is om hun betreffende markt te voorzien. Een ccTLD zonder vlaggetjesfunctie, duidt dan meer op een onderneming die zich echt vastbijt in louter die markt, en dat kan meer vertrouwen geven voor de lokale consument. Zeer belangrijk voor SEO zijn de zogenaamde hreflang tags. Dit is een speciale code in het leven geroepen door Google zelf om zoekmachines te vertellen welke sectie van de website voor welke taal en/of land bedoeld is. Dit om misverstanden te voorkomen. Het ontbreken van hreflang tags kan desastreuze gevolgen hebben. Het kan voorkomen dat bijvoorbeeld de Nederlandse website beste rangschikt in Duitsland, terwijl er wel een Duitse equivalent bestaat. Maar omdat die Duitse website relatief jong is of autoriteit laakt, prefereert Google de Nederlandse variant, zelfs in Google.de. Wanneer het gaat om markten met een taal in gemeen, zoals bijv. Nederland en België kunnen er nog vervelendere gevolgen zijn wanneer correcte hreflang tags ontbreken. Google gaat dan een van de pagina’s zien als duplicaat/plagiaat. En als gevolg zal die pagina vrijwel niet uit de verf komen. Hreflang tag implementatie is een van de lastigste onderdelen van SEO. Dit gaat vrij vaak mis in de praktijk. De meest gemaakte fouten met hreflang tags zijn als volgt:
Het komt nogal eens voor dat een onbekwame webdesigner per ongeluk de taal en land code omwisselt. Bijvoorbeeld ‘be-nl’. De persoon die dit implementeert denkt, Nederlands sprekende in België hiermee te targeten. Wat men in werkelijkheid doet met deze code is Nederlands sprekende in Wit Rusland targeten! Want BE staat als landcode voor Belarus oftewel in onze taal, Wit Rusland. Dit zal catastrofale gevolgen hebben voor de organische vindbaarheid van de website, omdat Google dit niet gaat begrijpen, en de kans is klein dat jouw website veel Nederlandstalige klanten kent die zich begeven in Wit Rusland.
De hreflang tags moeten op alle taal versies aanwezig zijn. Indien je de hreflang tags plaatst alleen op de Nederlandse moeder website maar niet op de Duitse variant, dan faalt de implementatie.
In de hreflang tags code fragment moet ook een zelf-refererende hreflang tag vermeld worden. Daarmee bedoelen we dat de NL website naar zichzelf verwijst als de Nederlandstalige website voor Nederland. De code zou op zowel de .be als de .nl website aanwezig moeten zijn in de broncode.
De hreflang tags worden idealiter in de head sectie van de broncode geplaatst. Lager in de code kan wel, maar dan is er een aanzienlijke kans dat deze niet verwerkt wordt door Google. Dat risico wil je natuurlijk niet lopen.
De hreflang tags worden soms sitewide, wilt zeggen voor de hele website geïmplementeerd. Hierbij moet men in ogenschouw nemen dat de code op maat moet zijn voor iedere landingspagina. Voor de pagina die gaat over appels, is een code op maat nodig. En voor de pagina over bananen moet de URL /bananen zijn, enzovoort. Naast hreflang tags is er nog een manier om aan Google lokale relevantie aan te geven. Dit kan middels Google Search Console. Er is een rapport daar, met de naam ‘Internationale targeting’ en daarin kan men dit instellen. Dit geldt alleen voor de subfolder en subdomein strategie, wanneer het gaat om een domeinnaam extensie op maat zoals .de, dan zal Google automatisch in dit rapport Duitsland invullen (en dit kun je niet aanpassen). Het is dus zaak om aparte Search Console accounts aan te maken voor de verschillende buitenlandse subfolders en subdomeinen en dit in te stellen. Overigens is dit geen vervanging of alternatief voor hreflang tags. Idealiter, maakt men gebruik van hreflang tags én dit rapport in Search Console in tandem, niet een van beide.
Het lijkt een open deur wellicht maar inhoud op maat voor de betreffende taal en regio is geen overbodige luxe. Google Translate teksten zullen waarschijnlijk geen goede eerste indruk maken op klanten uit het buitenland. Maar denk vooral ook aan andere benamingen voor hetzelfde product of voor dezelfde dienst. Bijvoorbeeld er zijn wel degelijk verschillen tussen Nederlands en Vlaams. Een jurk wordt in België ook wel een ‘kleedje’ genoemd. De Belgische pagina, daar zou je dus idealiter ook het woord kleedje laten vallen. In Nederland zoekt vrijwel niemand op kleedje, tenminste niet als we op zoek zijn naar een jurk, dus in de website voor de Nederlandse markt deze term laten vallen zou onzinnig zijn. Een ander voorbeeld is het woord ‘vermageren’. Zoekwoorden onderzoek zal tonen dat hier in Vlaanderen beduidend meer op gezocht wordt dan in Nederland. In Nederland hebben we het toch eerder over afslanken of afvallen. Dit soort verschillen bestaan natuurlijk ook tussen Brits en Amerikaans Engels (soccer cleats of football boots?) of het Frans in Frankrijk en dat uit Canada.
Een belangrijk punt om rekening mee te houden wat betreft het aantrekken van links naar de internationale versies, is dat Google altijd veel waarde hecht aan relevantie. Hoewel het absoluut niet ondenkbaar is dat een Nederlandse website zal verwijzen naar een .be website en vice versa, zal dit minder impact hebben qua zoekmachine posities vooruitgang, dan een .be website die naar een andere .be website verwijst. Met het aantrekken van links wil je dus zoveel mogelijk overeenstemming bereiken tussen de bron van de link en de bestemming.
Niet te vergeten, er leven ook een aanzienlijk aantal expats in ons land. Of immigranten natuurlijk en andere nieuwbakken inwoners die niet per se Nederlandse taal perfect machtig zijn. Ook al is het buitenland wellicht nog een ver van je bed show, je kunt wel alvast rekening houden met deze groepen potentiële klanten. Om deze groepen beter van dienst te kunnen zijn met je website is het aan te bevelen om in ieder geval een Engelse taal optie te tonen d.m.v. een vlaggetjes systeem bijvoorbeeld. En natuurlijk alle pagina’s van de website ook in het Engels en evt. Pools en Duits klaar te hebben. Wist je bijvoorbeeld dat de website van De Belastingdienst ook in het Duits en Engels verkrijgbaar is? En de website van de Rijksoverheid is tevens te bezichtigen in Papiaments. Om expats te targeten is niet een aparte website extensie nodig. Wel zou een subfolder of subdomein aan te bevelen zijn.