Online adverteren kan met bijvoorbeeld Google Ads, social media of banners. En offline adverteren kan bijvoorbeeld door het plaatsen van een reclamezuil. Of door een reclamebord, spandoek of vlag op te hangen. Stickers plakken op de ramen van je bedrijfspand of bedrijfsauto kan ook. Welke vorm van offline reclame je ook kiest, bij elke methode is het belangrijk dat de tekst op je uiting leesbaar is. Er zijn zes factoren die daar invloed op hebben: kijkafstand, lettertype, beweging, licht, contrast en kleur. In dit blog worden deze punten toegelicht.
Kijkafstand is een van de factoren die invloed heeft op de leesbaarheid van een tekst. Moet een tekst leesbaar zijn vanaf 1 meter of vanaf 10 meter? Als je dat weet, kun je bepalen hoe groot de tekst moet zijn. Bij een kijkafstand van 10 meter hoeft een tekst maar 19 millimeter groot te zijn, terwijl bij een kijkafstand van 75 meter de tekst wel 150 millimeter groot moet zijn. Op internet zijn grafieken te vinden waarmee je de afstand kunt bepalen.
Als je de hoogte van je tekst gaat bepalen moet je de kapitaalhoogte nemen en niet de lettergrootte, ook wel corps genoemd. De kapitaalhoogte is de denkbeeldige lijn die je aan de boven- en onderkant van de hoofdletters kunt trekken. Hiervoor kun je het beste een hoofdletter gebruiken met een vlakke boven- en onderkant, zoals bijvoorbeeld de hoofdletter D.
Het lettertype is een belangrijk element voor de leesbaarheid. Lettertypes kun je onderverdelen in meerdere categorieën. De belangrijkste zijn schreefletters en schreefloze letters. Deze worden wel serif en sans serif genoemd. Schreefletters kun je herkennen aan het horizontale streepje waar de letter op rust. Times New Roman is een schreefletter. Arial is juist een schreefloze letter. Schreefloze letters zijn beter te lezen vanaf een afstand dan schreefletters. Naast deze categorieën heb je nog lettertypes die ook wel fantasieletters of decoratieve letters worden genoemd. Dit soort letters zijn erg mooi voor bijvoorbeeld handlettering, maar niet geschikt voor reclamedoeleinden, omdat de letters slecht te lezen zijn.
Schreefloze letters zijn ook voor mensen die slecht zien beter te lezen dan schreefletters. Cursieve teksten kunnen zij juist moeilijker lezen. Ook teksten en woorden in alleen hoofdletters zijn af te raden. Andere punten die een tekst voor slechtzienden beter leesbaar maken hebben te maken met de tussenruimte tussen letters, lijndikte, interlinie en breedte-hoogteverhoudingen. Op de website van de Oogvereniging vind je daar meer informatie over. Ook staan er op die site nog andere aandachtspunten. Hoewel deze tips zijn opgesteld voor mensen die slecht zien, kan het geen kwaad om ze altijd toe te passen. Ook voor mensen die goed kunnen zien wordt een tekst beter leesbaar als je rekening houdt met de genoemde punten.
Als er sprake is van beweging, moet een tekst groter zijn dan bij een stilstaande positie. Beweging kan op twee manieren. Een vlag kan in beweging zijn door de wind. Of je reclame-uiting wordt bekeken vanuit een rijdende auto of op de fiets. Exacte regels hoe groot een tekst dan moet zijn, zijn lastig te geven. Omdat het er ook vanaf hangt hoe hard het waait en hoe hard iemand rijdt. Daarom kun je dit het beste in de praktijk testen. Hoe je dat kunt doen, leggen we verderop in dit artikel uit. Ook de hoeveelheid licht heeft invloed op de leesbaarheid. Als het schemerig is, is een tekst minder goed leesbaar zijn dan overdag. Net als bij beweging geldt ook hier dat als een tekst leesbaar moet zijn bij slecht licht de letters groter moeten zijn.
Hoe meer contrast, hoe beter een tekst te lezen is. Daarbij moet je denken aan donkere letters op een lichte achtergrond of lichte letters op een donkere achtergrond. Of een tekst voldoende contrasteert met de achtergrond kun je bepalen door de kleuren om te zetten in grijswaarden. Is de tekst dan nog goed te lezen, dan is er voldoende contrast. Complementaire kleuren werken ook goed. Complementaire kleuren zijn kleuren die recht tegenover elkaar staan in de kleurencirkel en vullen elkaar daarom goed aan. Overigens zijn er meerdere kleursystemen als het gaat om complementaire kleuren. Je hebt verschillende soorten kleurensystemen. Op Wikipedia kun je daar meer over lezen.
Bij kleuren moet je wel rekening houden dat er combinaties zijn die voor sommige mensen niet goed werken. Zo kunnen de meeste mensen die kleurenblind zijn geen onderscheid maken tussen rood en groen. Acht procent van de mannen en 0,4 procent van de vrouwen heeft hier last van. Voor slechtzienden zijn de combinaties oranje op wit, oranje op zwart en zwart op paars af te raden. Zwart op wit, zwart op geel, (donker)blauw op wit, (donker)groen op wit, rood op wit en rood op (licht)geel kunnen juist wel weer. Bij een tekst op een raam moet je er rekening mee houden dat als je van buiten naar binnen kijkt de ruimte er achter donker oogt. Daarom kun je bij een tekst voor op een raam het beste een lichte kleur kiezen, bijvoorbeeld wit of geel.
Als je wil weten of een tekst leesbaar is, moet je dus rekening houden met de afstand waarvan deze te lezen moet zijn. Ook kun je het beste een schreefloos lettertype nemen en zaken als cursief en alleen hoofdletters vermijden. Ook moet je tekst groter zijn als deze beweegt of vanuit een bewegende positie wordt gelezen of als er weinig licht is. Ook is het belangrijk dat er voldoende contrast is tussen de tekst en de achtergrond en moet je er rekening mee houden dat sommige kleurencombinaties niet goed werken voor mensen met oogproblemen.
Heb je al de bovenstaande punten in acht genomen? Dan ben je al een heel eind op weg. Toch kan het geen kwaad om in de praktijk te testen of je tekst leesbaar is. Dit kun je doen door de tekst op een stuk papier uit te printen op ware grootte. Bekijk dan of deze goed te lezen is in alle omstandigheden die voor jou van toepassing zijn.