Het RS virus is een besmettelijke aandoening. Het wordt overgedragen via kleine druppeltjes in de lucht en direct contact. Het is gebleken dat iedereen minimaal één keer in zijn of haar leven besmet raakt met dit virus en meestal zelfs elk jaar opnieuw. Er zijn een aantal factoren die de kans op het oplopen van deze infectie verhogen. Zo lopen personen met een afweerstoornis of een chronisch longziekte bijvoorbeeld een groter risico op besmetting. Daarnaast zullen ook mensen met een ernstige hartafwijking en te vroeg geborenen eerder het RS virus krijgen.
De aandoening komt ook voornamleijk voor bij baby's die tussen de nul en zes maanden oud zijn. Zij hebben nog kleine luchtwegen die eerder verstopt kunnen raken als gevolg van de infectie. Leeftijd is dus ook een risicofactor. Vaak wordt gedacht dat het wel of niet geven van borstvoeding ook een rol speelt bij het ontstaan van het RS virus, maar dit is niet het geval. Na de eerste levensmaand wordt een baby namelijk niet meer beschermd tegen het RS virus door de afweerstoffen in de moedermelk.
Ongeveer een tot acht dagen na besmetting met het RS virus treden de eerste symptomen op. In eerste instantie zal de baby verkouden zijn en gaan snotteren en hoesten. Eén of twee lagen later kunnen er longproblemen ontstaan als gevolg van de infectie. De baby krijgt last van een piepende en/of snelle ademhaling en koorst. Ook trekt de huid tussen de ribben bij het inademen mee naar binnen en bewegen de neusvleugels opvallend mee bij het ademhalen (neusvleugelen). Soms ademt het kind een paar seconden niet meer en de huid rond de mond en onder de nagels kan grijs/blauw kleuren.
Daarbij heeft het kind vaak meer moeite met drinken. Tevens kan de baby last hebben van sufheid: vaak slaperig en moeilijker te wekken. Het komt ook voor dat kinderen met het RS virus een oorontsteking krijgen. Na ongeveer tien dagen zal het afweersysteem het virus hebben afgebroken en wordt het kind weer beter.
Oudere kinderen of volwassenen die een infectie met het RS virus hebben opgelopen hebben meestal enkel last van een loopneus. Bij personen op hogere leeftijd kan besmetting met het RS virus echter ook leiden tot een longontsteking.
Iemand met het RS virus kan gewoon naar het kinderdagverblijf, de peuterspeelzaal, school of werk als hij of zij zich goed voelt. Zodra de eerste verschijnselen optreden is de ziekte namelijk niet meer besmettelijk. De infectie kan alleen worden overgedragen in de periode voordat de klachten optreden. Daarom zal het dus niet helpen om thuis te blijven. Wel is het aan te raden om de leiding van het kinderdagverblijf of de school in te lichten, aangezien andere personen wel al besmet kunnen zijn. De ouders kunnen hier dan eventueel over worden ingelicht en extra letten op de symptomen die kunnen optreden bij het RS virus.
Een infectie met het RS virus kan voor kinderen onder de twee jaar gevaarlijk zijn. Het is namelijk mogelijk dat de kleine luchtwegen in de longen bij hen ook gaan ontsteken. Dit kan problemen met de ademhaling en benauwdheid tot gevolg hebben en deze verschijnselen kunnen heel gevaarlijk zijn.
Na besmetting met het RS virus kan een baby nog wat langer last hebben van de sympomen. Zo zijn ze vaak bijvoorbeeld sneller verkouden of snotterig en kunnen ze ook last krijgen van een piepende of rochelende ademhaling. Als je baby het weer benauwd krijgt, is het verstandig om een arts te raadplegen. Het kan namelijk zo zijn dat het RS virus dan weer terug is. Soms wordt gedacht dat een baby astma heeft als hij of zij na een infectie met het RS virus nog kortademig is. Dit is meestal niet het geval; deze verschijnlijk zijn vaak nog het gevolg van de infectie met het virus.
Als je babt het erg benauwd heeft, dan zal hij zijn neusvleugels wijd sperren tijdens het ademhalen. We noemen dit ook wel neusvleugelen. In veel gevallen gaat dit gepaard met een piepende of snelle ademhaling en slecht eten en drinken. Neem contact op met je huisarts als deze symptomen optreden. Merk je dat je kind helemaal niet meer eet of drinkt of af en toe een paar seconden stopt met ademhalen? Of merk je dat je baby suffer is dan normaal of zie je dat de lippen en nagels een grijze of blauwige kleur hebben? In dat geval dien je direct een arts raad te plegen.
Een besmetting met het RS virus is vaak moeilijk te voorkomen. Toch zijn er wel een aantal dingen die je kunt doen om het risico te verminderen. Zorg ervoor dat je bij het hoesten of niezen een papieren zakdoekje gebruikt. Hoest of nies met de hand voor de mond of in de plooi van de elleboog, indien je geen papieren zakdoek bij de hand hebt. Gooi het zakdoekje altijd direct weg na gebruik. Verder is het goed om de handen regelmatig met zeep te wassen en het speelgoed van het kind goed schoon te maken. Leer ook je kind aan om netjes te hoesten en te niezen.
Als je kind in een risicogroep valt, kan de kinderarts hem of haar preventief vaccineren. Hierbij gaat het om kinderen die zeer jong zijn en te vroeg geboren zijn of een longaandoening of afweerstoornis hebben.