Het is belangrijk om regelmatig je eigen borsten te controleren op borstkanker. Zelfs als je het idee hebt dat er iets anders is, dan is het slim om de huisarts te waarschuwen. Je kan beter een keer teveel, dan te weinig langsgaan. Als je op tijd bij de huisarts bent vergroot je de overlevingskansen bij borstkanker. Naast veranderingen in de borsten zijn er de volgende symptomen:
Kanker ontstaat doordat een cel zichzelf ongecontroleerd begint te delen. Helaas weet niemand precies waarom onze cellen zichzelf ineens meer gaan delen. Er zijn wel een aantal risicofactoren waardoor de kans op borstkanker toeneemt. Eén van de oorzaken is erfelijkheid. In slechts 5 tot 10% van de patiënten is er sprake van erfelijke borstkanker. Bij erfelijke borstkanker ontstaat de kanker meestal voor je 50e. Er zijn twee genen die aantonen dat je erfelijke borstkanker krijgt. Dit is de BRCA 1 en de BRCA2. Een langdurige blootstelling aan het hormoon oestrogeen kan ook zorgen voor borstkanker. Je hebt een langdurige blootstelling van dit hormoon als je jong begon met menstrueren. Of als je pas na je 35e begonnen bent aan kinderen. Gebruik maken van de pil kan ook het risico op borstkanker verhogen. Laat in de overgang is ook een risicofactor. Daarnaast kan roken, teveel alcohol of te weinig lichaamsbeweging een risicofactor zijn.
Als je een symptoom opmerkt dat veel weg heeft van borstkanker, dan is het slim om direct de huisarts te waarschuwen. Je kan je borsten beter een keer teveel laten onderzoeken, dan te weinig. De huisarts zal een borstonderzoek doen. Hierbij wordt er niet alleen naar de borsten zelf gekeken, maar ook naar de lymfeklieren in de oksel en hals. Bij enige twijfel zal de huisarts je doorverwijzen naar het ziekenhuis. Meestal doet een arts dit al snel om preventief te werk te gaan. In het ziekenhuis wordt een mammografie gemaakt. Dit is een röntgenfoto van de borst. Er wordt met de foto gekeken op de aanwezigheid van enige afwijkingen. Als er een afwijking gevonden wordt kan er een echografie gemaakt worden. Met de echografie kunnen de klieren in de oksel bijvoorbeeld beter bekeken worden. Als er een duidelijk beeld is van een eventueel knobbeltje dan wordt er een biopsie of punctie gemaakt. Hiermee kan gekeken worden of er kankercellen in het knobbeltje aanwezig zijn. Als er een knobbeltje is dan hoeft dit niet altijd kwaadaardig te zijn. Soms gaat het om een goedaardig gezwel die soms op advies alsnog weggehaald wordt. Een goedaardige tumor kan namelijk op een later moment kwaadaardig worden. Als een tumor kwaadaardig blijkt te zijn dan krijg je de definitieve diagnose borstkanker. Er worden verschillende onderzoeken uitgevoerd om te kijken hoe groot de tumor is en of er nog omringend weefsel is aangetast. Er wordt ook gekeken of er misschien uitzaaiingen zijn.
In Nederland wordt er preventief een bevolkingsonderzoek gehouden bij vrouwen tussen de 50 en 75 jaar. Deze doelgroep heeft een verhoogd risico op borstkanker. Elke twee jaar krijgen ze een oproep om mee te doen aan het bevolkingsonderzoek. Tijdens dit onderzoek wordt een mammografie gemaakt. Het voordeel van een bevolkingsonderzoek is dat je er vaak op tijd bij kan zijn. De resultaten van het onderzoek ontvang je altijd via de huisarts. Eventueel kan de huisarts de uitslag verder uitleggen.
De behandeling van borstkanker is afhankelijk van het soort kanker dat je hebt. Het is ook afhankelijk van het formaat van de tumor en of er uitzaaiingen aanwezig zijn. De arts kan eventueel verschillende behandelingen voorstellen. De eerste behandeling die eigenlijk altijd gedaan wordt is opereren. Een chirurg zal de tumor uit de borst verwijderen. Dit kan met een borst besparende operatie of een borstamputatie. Het is vaak afhankelijk van de situatie welk soort operatie wordt uitgevoerd. Als er meerdere tumoren in de borst zitten, dan wordt er gekozen voor een amputatie. Bij een borst besparende operatie wordt alleen de tumor zelf weggesneden en omringende weefsel. Meestal wordt er ook voor gekozen om lymfeklieren weg te halen. Deze staan meestal in verbinding met de tumor en kunnen zorgen voor uitzaaiingen. Als er gekozen is voor een borstamputatie dan kan soms gelijktijdig een borstreconstructie uitgevoerd worden. Hierbij wordt er een implantaat teruggeplaatst, waardoor de amputatie niet zichtbaar is.
Afhankelijk van de vorm van borstkanker die je hebt kan er gekozen worden voor chemotherapie. Hierbij wordt de groei van cellen afgeremd. Helaas worden hierbij zowel goede als slechte cellen bestreden. Kankercellen zijn echter wel gevoeliger voor chemotherapie dan gezonde cellen. Er zijn verschillende manieren waarop je een chemokuur kan krijgen. Dit kan met tabletten, injecties of een infuus. Helaas heeft chemotherapie vervelende bijwerkingen. Je kan er ziek van worden of last krijgen van haaruitval en vermoeidheid.
Een andere vorm van chemotherapie is antilichaamtherapie. Borstkankertumoren maken het eiwit genaamd HER2 aan. Door dit eiwit wordt de tumor gestimuleerd om zich te vermenigvuldigen. Met antilichaamtherapie worden er afweerstoffen toegediend die dit eiwit bestrijden. Het eiwit wordt hierdoor niet meer gestimuleerd om nieuwe tumoren aan te maken. De overlevingskansen met deze behandeling zijn zeer gunstig, maar dan is het wel belangrijk dat je er op tijd bij bent. De arts zal altijd je kansen met je bespreken voordat je een behandeling uitkiest.
Na de behandeling zal je regelmatig een controle krijgen om te kijken of de kanker niet terugkeert. De overlevingskansen nemen verder toe als je vrij blijft van kanker. In het begin krijg je nog om de zoveel maanden een controle. Dit wordt steeds verder oprekt tot je net zoveel kans hebt als elke andere vrouw om borstkanker te krijgen. Een arts zal met je bespreken welke behandeling er nog na de kanker nodig is om gezond te blijven.